Hoe werkt de Code Verantwoordelijk Marktgedrag in de praktijk? Welke effecten heeft de Code op contractmanagement? Om dat uit te zoeken ontwikkelden UL-Team en SVS, in opdracht van de werkgroep contractmanagement vanuit de Schoonmaak Codecommissie, de training ‘Rendement uit de Code’ voor betrokkenen uit de schoonmaakbranche. Service Management was aanwezig bij de laatste trainingsdag, waar de balans werd opgemaakt.
Een groep van twaalf mensen uit verschillende geledingen van de branche kwamen de afgelopen maanden driemaal bij elkaar om te praten over contractmanagement. Onder leiding van Jan Kreeft, directeur Concern Relaties van CSU, leverde dit levendige discussies op. De centrale vraag die boven de training hing: Hoe zorg ik dat mijn organisatie de gewenste resultaten uit het contract behaalt?
De aanleiding om deze vraag te stellen is dat in de praktijk de uitvoering van een contract nog wel eens te wensen overlaat. Er wordt veel aandacht besteedt aan het opstellen van een contract tussen de verschillende partijen, maar na de ondertekening belandt het contract in een la en verwatert de aandacht. Dit terwijl continu aandacht voor het contract en de gemaakte afspraken tussen opdrachtgever en opdrachtnemer veel kan opleveren.
De training is bedoeld om alle betrokkenen te ondersteunen in het bereiken van de afgesproken resultaten. “Dit vanuit een sociaal-maatschappelijk belang. Om te zorgen voor goede werkomstandigheden, met het oog op de schoonmakers”, legt Kreeft uit.
Aan de hand van tien verbeterpunten werd er gekeken hoe je de Code, die is ontstaan vanwege doorgeschoten marktwerking, in de praktijk kan toepassen. Onder de deelnemers was Pieter Grootjes, lid van de werkgroep en tevens algemeen directeur van Victoria Schoonmaakbedrijf. “Ik hoop over tien jaar een markt te zien van volwassen kinderen.” Waarmee hij bedoelde dat er nog stappen te maken zijn in de branche.
Een belangrijk gespreksonderwerp tijdens de training is communicatie. Communicatie tussen werkgever en werknemer, het schoonmaakbedrijf en de schoonmaker, maar ook vooral communicatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. “Een belangrijke vraag die gesteld moet worden is: past een klant wel bij jouw bedrijf? Welke redenen zijn er om de samenwerking aan te gaan”, zo merkte Kreeft op, wat resulteerde in een levendige discussie.
“Ik merk dat er nog weinig eerlijkheid is”, gaf John Landman, contractmanager facilitaire zaken bij TNO, aan. “Van te voren moet duidelijk zijn wat een partij kan bieden.” Kreeft: “Partijen moeten zich afvragen of zij samen de reis kunnen maken om succesvol te zijn.” Die vraag blijkt nog wel eens met een ‘nee’ te moeten worden beantwoord, zo ervaart Madhu Sampatsing, senior inkoper bij HTM Personenvervoer. “Ik merk dat sommige bedrijven die zich inschrijven op een aanbesteding te weinig op de hoogte zijn van de werkzaamheden die moeten worden uitgevoerd.”
En dat zorgt nog wel eens voor een discrepantie. Klaas IJkema, hoofd verkoop van NIVO, wist het probleem met een passend voorbeeld duidelijk maken: “Ga jij wel trouwen als je niet weet wat voor persoon je tegenover je hebt staan?”
Dat de huidige inhoud van de Code ruimte laat voor aanpassingen en verbeteringen binnen je eigen contractbeheer, is iets dat breed gedragen werd tijdens de training. Eén van de overwegingen is bijvoorbeeld om meer ruimte te creëren voor reflectie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer en tussen werkgever en werknemer. Landman: “Ik hamer er op dat er werkoverleggen plaatsvinden. Geef medewerkers een podium om zich te laten horen, want je moet weten wat er op de werkvloer speelt. Ook belangrijk: vier je successen en focus niet alleen op wat er misschien niet goed gaat.”
Kreeft stelt voor om een werkoverleg in de aanbesteding mee te prijzen. “Je moet in contact staan met je medewerkers. Je moet hen laten voelen dat zij onderdeel zijn van het bedrijf.” Het is een mening die Pim Boele, districtsmanager van CSU, onderschrijft. “Medewerkers vinden het fijn om gehoord te worden.”
Om het belang van goede communicatie te benadrukken is het volgens de cursisten belangrijk om schoonmaakmedewerkers communicatievaardigheden mee te geven en hen daarin te trainen. Dit zodat zij in gesprek kunnen met hun werkgever, maar ook met de opdrachtgever waar ze werken. IJkema geeft werkgevers het advies: “Ken je klant, zodat je je medewerker kan instrueren wat er van hen wordt verwacht.” Grootjes vult aan: “Je moet de medewerker op de hoogte brengen van wat er speelt, zodat hij het ook over kan brengen.”
De rode draad gedurende de gehele training was: hoe zorg ik ervoor dat de mens centraal blijft staan? “Door hen aandacht te geven”, is Niels Witting, floormanager bij Spaarne Gasthuis, van mening. IJkema vult aan: “Je moet een duidelijke visie hebben die voor iedereen duidelijk is.”
Volgens Peter van der Bent van DSO Cleaning Services moet ‘de markt het moment pakken om te kijken hoe we ons gaan herpositioneren’. Boele is een voorstander om de rol van de mens binnen een bedrijf vast op de agenda te zetten. Grootjes: “Het moet beleid zijn. Hoe pakt een visie in de praktijk uit?” Sampatsing stelt dat de ‘voedingsbodem op de werkvloer ligt’. “Dat is de plek waar je weet of het goed of fout gaat.” Voorzitter van de Code-commissie Kees Blokland concludeert: “Er valt winst te boeken op gesprekken vanuit de top van bedrijven met medewerkers.”
De training vond plaats tussen december en maart en gold als een pilot. De deelnemers keken met een positief gevoel terug op de drie bijeenkomsten en zien na de verschillende verhalen ruimte om zelf verder met de Code aan de slag te gaan.
Landman vindt de Code ‘zó belangrijk’, maar ziet ruimte voor uitbreiding. “Het is belangrijk om de visie van de medewerker mee te nemen in de aanbesteding. Er wordt nog te weinig aandacht besteedt aan de rol van de mens.” Het is een mening die breed gedragen wordt. Witting: “Ik ben erachter gekomen dat niet alleen de cijfers, maar juist de mens belangrijk is.”
Van der Bent vindt de Code ‘een fantastische stap’ in de goede richting voor de markt die nog in beweging is. “De Code is als baken heel belangrijk, maar het kan meer ambitie uitstralen.” Rob Toorenburgh, senior consultant bij Atir, concludeert: “Wij kunnen meer betekenen op het vlak van personeel. In de Code moet worden opgenomen hoe je de opdrachtgever op de hoogte houdt van het wel en wee onder het personeel. Zet het op de agenda. Daarnaast is het goed om periodiek stil te staan bij de Code.”
Volgens Kreeft moet de medewerker centraal staan in de schoonmaak en in het proces van aanbestedingen. “Dat hebben we de laatste jaren niet gezien en dat moet kantelen. We hebben tijdens de training veel geleerd met elkaar en nu is het zaak om met elkaar de Code in te kleuren”, zo besluit hij.
De training ‘Rendement uit de Code’ wordt dit jaar nog driemaal georganiseerd. In Amsterdam, Eindhoven en Zwolle. Momenteel ziet de planning er als volgt uit:
Amsterdam:
Dinsdag 9 juni
Dinsdag 23 juni
Dinsdag 30 juni
Eindhoven
Maandag 7 september
Maandag 21 september
Maandag 5 oktober
Zwolle
Dinsdag 27 oktober
Dinsdag 10 november
Dinsdag 24 november